Mijn stagiaire en ik bestuderen het dossier van de volgende patiënt. Ze is al eens bij mijn collega geweest en heeft daar een uitgebreide behandeling gehad. Helaas is het nu weer drie jaar geleden dat ze voor het laatst is geweest. Ik scroll omhoog…daar nog een keer…weer drie jaar ertussen. Ik scroll nog meer omhoog en jawel…daar zit weer een gat van een paar jaar.
Niks is wat het lijkt
“Wat denk je dat ik nu ga doen?”, vraag ik mijn stagiaire. Ze is even stil. “Tja…je kunt zo slecht voor iemand zorgen als diegene niet goed voor zichzelf zorgt.”, zegt ze wijs. Spijker op z’n kop. Goede zorg vereist goede structuur. Als je een lange termijndoel stelt dan kan je die alleen behalen als die lange termijn een continuerend proces is. Deze mevrouw is afgehaakt op een moment dat ze het wel weer welletjes vond, zo lijkt. Maar inmiddels weet ik ook dat ik me niet al te veel moet laten leiden door een dossier. Een open blik blijft altijd belangrijk.
Verzorgd
Een mevrouw met een flinke dot oogschaduw betreedt de praktijk. Haar haren zijn heel lang maar dat is niet gek met de kapper die dichtzit. Er zit een verfje op en de krultang heeft erop gestaan. Haar monddoekje heeft een vrolijk kleurtje en is keurig verzorgd. Ze is behoorlijk slank en haar strakke jeans belemmeren haar niet om soepel in de stoel te belanden.
Spiegel
Zoals altijd vraag ik wat ik kan doen. Ze zit er eigenlijk al helemaal klaar voor en ze kijkt een beetje verward op. “Oh…eh…die bruine randjes bij mijn tanden even weghalen…je weet wel…” en ze legt haar hoofd weer tegen het steuntje aan, klaar om achterover gebracht te worden. “Aja, en zou ik mogen weten waarom?” Weer kijkt ze op en zegt: “Nou, beetje bijhouden….ik rook.” Ik begin me een beetje ongemakkelijk te voelen. “Goed, u wilt u rookaanslag weg. Zou u ook rookaanslag willen voorkomen? En zou u uw tanden willen behouden?” Dan kijkt ze me aan en denkt even na. “Ja, ik wil ze nog wel een poosje houden.” Ze kijkt even op de klok. “Prima, dan kijk ik even na of enkel rookaanslag verwijderen dan voldoende effect zal hebben. Ik geef u een spiegel zodat u mee kunt kijken.” Ik overhandig haar de spiegel maar ze laat weten niet mee te willen kijken.
Vooruit dan maar
Helaas blijkt er enorm veel tandsteen onder het tandvlees te zitten. Gezien haar wens om het gebit te behouden, zet ik de stoel weer overeind. Ook dit lijkt ze enorm irritant te vinden. “Ik zou u graag willen helpen, maar dan is er meer nodig dan alleen boven de rand van het tandvlees reinigen. Mag ik daar wat over uitleggen?” Ik zie dat ze eigenlijk nee wil zeggen maar ze knikt toch van ja. Ik leg uit hoe parodontitis ontstaat en wat de behandeling inhoud. Ik hamer er vooral op dat ze dan vaak zal terug moeten komen en dat zodra ze stopt met behandelen het effect weer weg zal zijn. “Maar ik wil gewoon even wat aanslag weg laten halen. Daar kom ik voor. Ik heb niet altijd vrij.” “U bedoelt dat u had verwacht dat ik enkel tandsteen zou weghalen. Maar u zegt me ook dat u uw tanden graag wilt behouden. Ik wil best tandsteen verwijderen maar als u dit behandelvoorstel wilt doen dan komt u voor dubbele kosten te staan.”
Doe niet zo moeilijk
Toch blijft ze erbij dat ze nu van die rookaanslag af wil. Of ze nu dubbel moet betalen of niet. “Als mijn man tandsteen wil laten verwijderen dan doen ze dat ook gewoon!”, zegt ze wat bozig. “Uw man heeft waarschijnlijk niet de problemen die u heeft. Het is prima als u alleen boven de rand van het tandvlees het schoon wilt hebben, maar dan kunt u de volgende keer beter bij de preventieassistent afspreken.” Nu is ze helemaal in de war. “Dus…ik haal het nu weg, u denkt thuis na of u aan uw parodontitis behandeld wilt worden, zo niet dan kunt u de volgende keer naar de preventieassistent.” Ze snapt het.
Dus dat was het…!
Tijdens de gebitsreiniging krijgt ze even de tijd om verder na te denken. Ik ook. Als ik klaar ben, pak ik het gesprek weer op. “Heeft u nog vragen?”, open ik het gesprek. “Ja…weet je…we hadden het over het behoud van de tanden. Denk je echt dat ik ze nog tien jaar kan houden als ik me verder laat behandelen?” “Waarom twijfelt u daaraan?”, vraag ik. “Nou, omdat mijn ondertanden scheef staan. Dus ik dacht…ik krijg toch wel een kunstgebit. Wat ik ook doe.” Nu snap ik het ineens, ook waarom ze niet in de spiegel wilde ijken. Ze vindt haar tanden echt lelijk en dacht dat ze toch wel verloren gingen en tja..waarom zou je dan zo vaak naar de praktijk komen? “Wilt u eigenlijk rechte tanden? Zou u dat stimuleren om weer beter voor uzelf te gaan zorgen?” Ineens heeft ze een hele andere blik in haar ogen en ze ontspant. “Ja…kan dat dan?” “Ja, ik denk dat daar wel mogelijkheden voor zijn. Zal ik een gesprek inplannen met de tandarts?” Ze veert op. “Ja!”, roept ze enthousiast. He he…eindelijk begrijpen we elkaar!
Ik vraag mijn stagiaire of ik niet te streng was. “Nee, je was duidelijk…wel irritant…maar je kwam wel ergens!”