Veel mensen denken bij een mondhygiënist aan iemand die simpelweg tandsteen verwijdert. Hoe moeilijk kan dat zijn? En als je dan ook nog de factuur ziet, lijkt het wel makkelijk verdiend. Maar momenteel zit ik thuis, niet omdat ik ‘lekker heb verdiend’, maar omdat ik even moet bijkomen van de belasting van mijn werk. Aan de ene kant voelt mijn vak eenvoudig. De eerste jaren waren pittig, met patiënten met ernstige ontstekingen en minder goed materiaal. Maar zodra je ervaring opbouwt, wordt het routine. En dan? Dan sluipt de verveling erin, en wissel je van praktijk in de hoop weer uitdaging te vinden. Toch blijft het vak mentaal en fysiek zwaar, op manieren waar je als patiënt misschien niet bij stilstaat. Ik neem je mee in mijn wereld.
De strijd om serieus genomen te worden
Je bent ‘maar’ de mondhygiënist. Je hebt een hbo-opleiding afgerond – iets wat je tegenwoordig niet meer mag benoemen zonder als arrogant te worden bestempeld – maar wie ziet je als een volwaardig professional? Patiënten verwachten kennis en kunde van de tandarts. Jij bent de ‘krabkip’. Wat weet jij er nou van? Niet alleen patiënten, maar ook tandartsen moet je overtuigen van je expertise. Maar wat als een tandarts niet kan accepteren dat jij ergens meer over weet dan hij of zij? Je volgt extra scholing, hoopt dat kennis erkenning oplevert, maar wanneer je iets hebt geleerd wat de tandarts niet heeft, wie gaat hem of haar dan vertellen dat jij hier écht verstand van hebt? En je mag vooral niet op ‘de stoel van de tandarts gaan zitten’.
Tegelijkertijd moet je je onderscheiden van de preventieassistent, die vaak denkt dat ze hetzelfde kan als jij. Maar als je te veel de nadruk legt op je theoretische kennis, ben je ‘arrogant’. Je wilt begeleiden en ondersteunen, maar je mag niet ‘boven’ iemand staan. Ondertussen moet je zorgen dat de preventieassistent binnen de grenzen van haar functie blijft. Dat is een delicate balans.

De stille steunpilaar
Na jaren ervaring word je de stille kracht van de praktijk. Je stuurt het team aan, vangt uitval op bij ziekte, en doet alles wat nodig is om de praktijk draaiende te houden. Maar je dweilt ook de vloer en maakt de wc schoon. Op een gegeven moment wordt het te veel.
De emotionele belasting
Een patiënt een prettige ervaring geven, kost energie. Ik wil geen pijn doen, maar ik wil wél goed reinigen. Verdoven doe ik alleen als het echt niet anders kan. En ja, dat vraagt om precisie en doorzettingsvermogen. Naast fysieke pijn, vang ik ook mentale pijn op. Mensen vertellen me hun problemen en ik luister, ik help, ik coach. Dat is mooi, maar ook zwaar. Het komt binnen. En hoe meer ik leer over psychologie en coaching, hoe beter ik help – maar ook hoe zwaarder het soms weegt.
Fysieke belasting
Elke patiënt is anders. Kleinere mensen verdwijnen in de stoel, grotere mensen maken het werk fysiek uitdagend. Sommige patiënten kunnen niet achterover liggen, anderen hebben beperkte mondopening. En zelf heb je nauwelijks bewegingsruimte, waardoor je snel stijf wordt.
De herrie van de praktijk
Veel patiënten hebben moeite met de geluiden in een tandartspraktijk. Zelf hoor ik het al jaren niet meer bewust. Toch sijpelt het onbewust binnen. Misschien is dat waarom ik nu, meer dan ooit, snak naar complete stilte. Mondhygiënist zijn is een vak vol tegenstrijdigheden. Het vraagt kennis, precisie, empathie en aanpassingsvermogen. Het is fysiek zwaar en mentaal intens. Maar het is ook waardevol. En dat is waarom ik steeds weer terugkom.